40-dagenblog – tweegesprek (week #2)

Ik ben Harry Hübbers, predikant in Almere Stad en ik voer de komende 7 weken van de 40 dagentijd een tweegesprek met 4 gemeenteleden van verschillende leeftijden. Laura (20+) is de jongste en Hannie (80+) de oudste.

Wie?

  • Laura, studente 
  • Sandra, werkzaam, echtgenote en moeder
  • Theo, werkzaam, echtgenoot en vader
  • Hannie, gepensioneerd, echtgenote, moeder en oma 
  • (En Harry, dominee, echtgenoot en vader)

Hoe gaat het in zijn werk?

Elke week stel ik (Harry) een vraag aan de vier gemeenteleden. Ieder geeft een (eigen) antwoord op dezelfde vraag. Vervolgens stellen de verschillende respondenten aan mij een zelf bedachte vraag.

Dus: Volg wekelijks de website voor de beantwoording.

Waarom?

Op deze wijze probeer ik als predikant de verbinding met elkaar als gemeente van Christus te verstevigen.

Week #2 – 28 februari – 6 maart 

De tweede vraag: Geloof, hoop en liefde; vertel over hoe die drie ‘deugden’ in jouw leven functioneren. Vertel ook over je ongeloof, wanhoop en ‘liefdeloosheid’.

Laura
Eerst nog even een reactie op week #1. Ik ben het wel eens met wat u zegt! Vooral omdat het leven inderdaad eindig is (en omdat het nooit zeker is wanneer het einde er dan is), dat het belangrijk is om op de dingen die nu geluk/vreugde geven te focussen.

Ik denk persoonlijk dat geloof, hoop en liefde op en af functioneren in mijn leven. Ik zou graag willen zeggen dat ik altijd hoop heb of altijd geloof heb, maar in realiteit merk ik dat ik soms in wanhoop kan terugvallen. Of in ongeloof. Vooral als je ziet wat er allemaal gebeurd is het afgelopen jaar/jaren en hoe dat naar voren komt in het nieuws of op social media. Dan is het makkelijk te vallen in een gevoel van wanhoop of liefdeloosheid. En ik moet wel eerlijk bekennen dat het voor mij ook wel lastig is om tussen al de gebeurtenissen van wanhoop en “liefdeloosheid” te zoeken naar de dingen (soms hele kleine dingen) die wel hoop of liefde brengen. Vooral nu we veel thuis zijn kan ik veel piekeren en nadenken over wat er gebeurt in de wereld. Daarom merk ik dus ook dat hoop en liefde vinden soms lastig is.

Mijn vraag voor u is dan ook: Wat voor tips heeft u hiervoor? En hoe zou ik, of anderen die hetzelfde ervaren, dit kunnen omdraaien?

Harry
Laura, bedankt voor je antwoord. Nu is het wel zo, dat ik niet de gouden tip of zo heb. Het is als met alles zo, de dingen gaan met vallen en opstaan. Toch hebben we ook een ‘wil’. We zijn in staat ondanks de omstandigheden, het lot, of hoe je het ook noemt, een besluit te nemen. Een wilsbesluit: ‘Ik houd de hoop vast. Ik doe nu een daad van liefde: ik neem tijd voor iemand. Ik geloof in een hogere macht die goed is, hoe dan ook.’

Dat besluit behoed je niet voor verdriet of teleurstelling. Daar moeten we allemaal doorheen. Toch denk ik dat we nooit de moed hoeven te verliezen. Misschien is het vergelijkbaar met een training. Elke keer weer een stukje verder.

Een oefening in verwondering, in dat je je laat meevoeren en verrassen. Een oefening in vertrouwen. Zo ervaar ik het geloof, God als een begeleider bij mijn oefenrondjes om hoop en liefde niet te verliezen, dankzij al het mooie en ondanks al het nare. Uiteindelijk is het ook een kwestie van vertrouwen dat je dat rondje door het leven niet alleen gaat. Dat mag gaandeweg sterker worden in jou en in mij.

Sandra
Bij deze 3 denk ik altijd direct aan het kettinkje dat ik kreeg toen ik belijdenis deed. Helaas kwijt geraakt. Dit zijn voor mij de 3 basisbegrippen in het leven. Zonder deze 3 ankers is het lastig. Gedurende mijn leven voeren ze om de beurt de boventoon of vergen ze extra aandacht of werk. Toen we de berichtgeving kregen bij de 20-wekenecho: niet gezond, overheerste het geloof heel sterk. Vertrouwen dat het goed kwam, op welke manier dan ook. Misschien wel tegen verwachting in. Gedurende de jaren van behandeling was de hoop ontzettend belangrijk. En ook best een zoektocht om niet te wanhopen en doemscenario’s de overhand te laten krijgen. Tijdens mijn burn-out overheerste liefdeloosheid en wanhoop. Geloof was toen letterlijk een anker om te volharden en te blijven werken aan beter worden.

Als ik aan deze deugden denk, dan komt bij mij het moment naar boven toen ik les gaf aan Syrische vluchtelingkinderen in Libanon. Op een onmogelijke plek kwamen juist die drie deugden heel sterk aan de oppervlakte. De liefde die die kinderen deelden, het enige wat ze konden delen. Maar ook de hoop op een betere toekomst en een kinderlijk vertrouwen en blijdschap. Geloof was heel sterk toen we op het einde van de dag op een schoolplein een kringgebed hadden. Vol vertrouwen en hoop op een beter leven voor deze kinderen.

Vraag aan jou: welke rol heeft de Heilige Geest of relatie met de Heilige Geest (als eigen deel van de drie-eenheid) in bijvoorbeeld het voorbereiden van de eredienst en leiden van de gemeente?

Harry
Zo, dat is een bijzondere vraag, over de rol van de Heilige Geest  in mijn bediening. Misschien helpt dit beeld: Vaak voel ik mij een bedelaar. Ik smeek om een muntje. Dat muntgeld staat voor de Heilige Geest. Onderweg naar de dienst bedel ik heel wat af. 

Aan de andere kant merk ik dat de Geest betrouwbaar is gebleken. Ik hoef niet met knikkende knieën naar de kerkdienst te gaan en slapeloze nachten te hebben over het wel en wee van de gemeente. In de loop van de jaren blijkt dat de Geest mij niet laat ploeteren. ‘Hij, die roept is getrouw’, is een belangrijke Bijbeltekst voor mij. Want als ik niet meer geloof dat God mij ‘roept’, dan is het einde oefening, denk ik. Maar bedelen kan ik nog steeds als de beste. 

Hannie
Geloof, hoop en liefde. Maar, het meeste van deze is de liefde, lees ik dan. Nou, dat ligt eraan welke liefde je dan bedoelt, denk ik. Voor mij betekent dat de liefde van God in onze Heer Jezus.

Ik heb vroeger een relatie gehad met een jongen die niet kerks was maar liever op zondag naar het voetbalveld ging. Zijn vader zei toen eens tegen mij diezelfde woorden: geloof, hoop en liefde, maar het meeste daarvan is de liefde. Dat vond hij dus het belangrijkste en doelde daarbij op de liefde voor elkaar. Toch vond ik toen dat geloof voor mij belangrijker was dan de liefde voor die jongen en heb ik de relatie beëindigd. Want Jezus heeft ook gezegd: wie vader of moeder of man of vrouw boven mij stelt, is mij niet waardig. Dat was voor mij belangrijker.

Ja en hoop…..als je geen geloof hebt, hoe kan je dan nog hopen? Dat hangt met elkaar samen volgens mij. Wanhopen doe je soms ook, dat is waar, maar dan voel ik dat mijn geloof tekort schiet. 

O ja, ik was vergeten jou een vraag te stellen. Hier dan: Hoe denk jij over de tegenwoordige tijd? Zie je dit ook als de eindtijd zoals die in de bijbel wordt aangekondigd?

Harry
In het licht van de huidige problematiek ben je geneigd parallellen te zien in Bijbelse voorspellingen. Onzekerheid doet ons zoeken naar houvast. Toch denk ik dat in de loop van de geschiedenis bij pest, oorlog, natuurrampen, mensen toen ook aanwijzingen zagen van de eindtijd. Dus, wanneer is het nu echt de eindtijd? Jezus zegt: ‘Ik kom terug als een dief in de nacht.’ Dat klinkt niet als iets dat heel gemakkelijk is aan te geven en te duiden wanneer en hoe dat gebeurt.

Ik wil de gebeurtenissen niet bagatelliseren, maar of dit een duidelijke aankondiging van de eindtijd is en de daarbij horende terugkeer van Jezus, dat vind ik lastig te beoordelen, omdat bij wijze van spreken al vanaf het begin van Jezus’ Hemelvaart mensen Hem hebben terugverwacht.

Theo
Je schrijft over ‘deugden’. Een deugd is zoiets als een goede eigenschap. Maar iets kan je ook deugd doen. En dan geeft het voldoening of je wordt er zelfs blij van. Dat voel / ervaar ik met deze deugden eigenlijk niet zo. Voor mij zijn geloof, hoop en liefde meer een soort ‘kernwaarden’ van het bestaan, waar je je elke dag bewust van moet zijn en waar je je leven lang aan zou moeten werken. Niet dat ik dat makkelijk vind of elke dag doe, integendeel. Vaak is er weinig geloof, geen hoop en onvoldoende liefde. Je benoemt zelf al de andere kant, het ongeloof, de wanhoop en de liefdeloosheid (of misschien meer het ontbreken van liefde). Die krijgen te makkelijk de overhand, als ik niet actief blijf met het ‘vorm en inhoud’ geven aan geloof, hoop en liefde. Dan kom je vanzelf aan de andere kant terecht. En dan wordt mijn geloof zo als ik het vaak ervaar. Iets wat zich afspeelt aan de oppervlakte van mijn bestaan, meer in de breedte dan in de diepte. 

Voor wat betreft de hoop en de liefde is het denk ik mooi voort te borduren op de vorige vraag. Deze twee moet je misschien ook niet te veel verwachten, maar meer actief geven en brengen. Geef de ander hoop en liefde, dan heb je er zelf ook vast meer van. 

Mijn vraag aan jou, Harry: Hoe is het voor jou om jezelf te uiten over zaken als ongeloof, wanhoop en het ontbreken van liefde? 

Harry
Wanhoop uiten is iets heel intiems voor mij. Ergens in een hutje op de hei, of langs de zeekant, daar trilt nog wel iets na van mijn wanhoop. Maar, dat weet ik alleen (en God…). 

Ongeloof, in de zin dat ik twijfel over of zelfs niet geloof in God, of de betekenis van Jezus, daar uit ik mezelf wel over. Ik begrijp twijfel en ongeloof ergens wel. Toch is dat voor mij persoonlijk geen begaanbare route. Mijn mentor zei het als volgt: ‘als je je geloof verliest, is het einde oefening. Dan kun je beter stoppen als dominee’. Ongeloof is een verboden zone. Ik ben 100% afhankelijk van Hem. En voor dat Evangelie schaam ik mij, in navolging  van Paulus ook niet. Op de cruciale momenten is Hij mij nabij gebleken. En dat is me meer waard dan een kortstondige oprisping van ongeloof.

Ongeloof, in de zin dat ik de sterke zelfverzekerde en in mijn ogen absurde meningen van mensen gewoonweg betwijfel en uiteindelijk niet geloof, ja dat gebeurt me regelmatig. Wel hecht ik ‘geloof’ en waarde aan mensen, die vanuit het ‘gebroken hart’ geloof en ongeloof delen. Daar heb ik een zwak voor.

Liefdeloosheid heeft bij mij vaak te maken met een slapheid dat het toch allemaal een druppel op de gloeiende plaat lijkt te zijn. Dat ik er bijna niet meer in geloof, in die liefde. Zoals meer mensen heb ik gemeend dat ik liefdeloosheid heb ervaren. Maar ik ben in de loop van de tijd milder gaan denken. Uiteindelijk, ben ik minder stellig geworden zowel in mijn geloof/ongeloof, in mijn hoop/wanhoop en ja ook in mijn liefde/liefdeloosheid. Ik denk en geloof meer in de milde nuance. In de welwillendheid van ‘de ander’, ja zelfs van mezelf. 

Ik denk namelijk dat liefdeloosheid een instinctieve reactie kan worden, omdat je bijvoorbeeld meent dat iemand je afwijst. Daarom is voor mij Gods onvoorwaardelijke liefde en aanvaarding zo cruciaal en uiteindelijk het meest vruchtbaar.

40-dagenblog – tweegesprek (week #2)
Getagd op: